De Zonen van de Krijgsman, of voluit de Edele en Grootmachtige Orde van de Krijgsmanszonen, is een ridderorde van het Geloof van de Zeven. Hun leden waren ridders die goud en grond opgaven en eed aflegde aan het Geloof.[1] De orde wordt geleid door ser Theodan Welle.[2]
Beschrijving[]
De Zonen van de Krijgsman gaan gekleed met Regenboogmantels over hun schouders. Onder hun harnas dragen ze een haren hemd. De gepunte schilden die ze dragen vertoond het kristallen zwaard dat oplicht in de duisternis.[3]
Geschiedenis[]
Na de dood van Aegon de Veroveraar begonnen de Zonen van de Krijgsman zich te roeren tegen het bewind van de Targaryens. Al aan het einde van het bewind van Aenys I Targaryen bezette de Zonen van de Krijgsman de Gedachtenissept in Koningslanding, om die tot hun hoofdkwartier te maken.[4] Maegor I Targaryen vocht met ser Damon Morrigen en de Krijgsmanzonen een Zevenkamp uit en na het gevecht zette hij de Gedachtenissept in brand met Baelor. Pas in 43 NdV verkoos de orde een nieuwe grootkapitein: Joffry Dochert.[5]
Na de Slag bij de Grote Vork verklaarde koning Maegor de Zonen van de Krijgsman vogelvrij. Nadat Oudstee de poorten van de koning had opengezet berechtte de koning de overgebleven Krijgsmanzonen. Ze kregen een keuze: zich aansluiten bij de Nachtwacht of geëxecuteerd worden. Driekwart van hen koos voor het zwart. Van degenen die ter dood werden gebracht werden er zeven eigenhandig door de koning onthoofd met Zwartvier. De nieuwe Hoge Septon ontbond op zijn beurt de Zonen.[5]
Het was regentes Cersei Lannister die de wetten van Maegor introk zodat het Geloof zichzelf weer kon gaan verdedigen en de Zonen van de Krijgsman heropgericht kon worden[1] Al kort na de heroprichting kreeg de orde vele nieuwe leden.[6]