| Sansa | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Het Spel der Tronen hoofdstuk | ||||||||||
 | ||||||||||
| POV | Sansa Stark | |||||||||
| pagina | 503 (Andere versies) | |||||||||
| Hoodstuk chronologie(All) | ||||||||||
| ||||||||||
Sansa IV is het éénenvijftigste hoofdstuk van het boek Het Spel der Tronen. Het hoofdstuk wordt verteld vanuit het oogpunt van Sansa Stark.
Samenvatting[]
Op de derde dag van Sansa's gevangenschap kwamen ze haar halen. Ze deelde haar kamer met Jeane Poel, die zeer bedroefd is over haar vader. Sansa probeert zichzelf sterk te houden. Boros Both kwam haar halen.
Ze ontmoet koningin Cersei in de raadszaal, ook de overige leden van de Kleine Raad waren aanwezig. Hier vertelde Sansa het verhaal van Jeane Poel en Pinkje besluit haar onder zijn hoede te nemen.
Uiteindelijk vertelde Varys het slechte nieuws over haar vader. Dit nieuws breekt Sansa en ze ontkent dat haar vader een verrader is. Sansa zegt hen ook dat ze nooit in staat zal zijn om verraad te plegen. Ze vragen aan haar of ze brieven wilt schrijven aan haar familie om hen op de hoogte te stellen en vragen de koningsvrede te handhaven. Ten slotte geeft ze toe en gaat ze de brieven schrijven.