| Jon | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Een Storm van Zwaarden hoofdstuk | ||||||||||
 | ||||||||||
| POV | Jon Sneeuw | |||||||||
| pagina | 176 (Andere versies) | |||||||||
| Hoodstuk chronologie(All) | ||||||||||
| ||||||||||
Jon VII is het vijfenvijftigste hoofdstuk van het boek Een Storm van Zwaarden. Het hoofdstuk wordt verteld vanuit het oogpunt van Jon Sneeuw.
Samenvatting[]
Jon Sneeuw stond op de Koningstoren van Slot Zwart klaar om pijlen af te schieten. Hij stond daar samen met Satijn en Dik Follard en een paar stropoppen. Verschillende inwoners uit Molstee hadden hun toevlucht in Slot Zwart gezocht.
In de avond klonk het signaal dat de Wildlingen er aan kwamen. De eerste hadden het slot al bereikt en al snel vlogen de eerste pijlen. De gemeenschapszaal van de wacht ging in vlammen op. Samen met Satijn verlegde hij het werkgebied. Toen de frontale aanval was ingezet trok Jon Langklauw.
Vervolgens ging men met het vuur aan de slag en dat bleek de genadeslag te zijn voor de Thenns. Na de slag ging Jon op zoek naar Ygritte. Hij wist haar te vinden en in zijn armen stierf ze.