| Jon | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| De Strijd der Koningen hoofdstuk | ||||||||||
 | ||||||||||
| POV | Jon Sneeuw | |||||||||
| pagina | 418 (Andere versies) | |||||||||
| Hoodstuk chronologie(All) | ||||||||||
| ||||||||||
Jon IV is het vierendertigste hoofdstuk van het boek De Strijd der Koningen. Het hoofdstuk wordt verteld vanuit het oogpunt van Jon Sneeuw.
Samenvatting[]
De expeditie van de Nachtwacht heeft de Vuist der Eerste Mensen bereikt en sloeg daar hun kamp op. Spook weigerde het oude ringfort te betreden en tijdens zijn pad terug sprak Jon zijn vriend Samwel Tarling.
Toen hij terug was volgde Jon de gesprekken tussen de aanvoerders bij het vuur van Jeor Mormont. Mormont besluit stelling te nemen op de makkelijk te verdedigen hoogte van de Vuist. Na het eten voegt Jon zich bij zijn vrienden aan hun vuur.
Ook daar bleef hij niet al te lang. Tijdens zijn tocht over de Vuist kwam hij Spook tegen. Jon volgde de wolf van de heuvel af. Hij was de wolf even kwijt, maar toen hij hem gevonden had was Spook aan het graven. Jon hielp mee met graven. Hij vond een bundel messen en speerpunten gemaakt van Drakenglas, ook zat er een krijgshoorn bij. Het lag allemaal gedrapeerd op een zwarte mantel van een broeder van de Nachtwacht.