| Jon | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Een Storm van Zwaarden hoofdstuk | ||||||||||
 | ||||||||||
| POV | Jon Sneeuw | |||||||||
| pagina | 212 (Andere versies) | |||||||||
| Hoodstuk chronologie(All) | ||||||||||
| ||||||||||
Jon II is het vijftiende hoofdstuk van het boek Een Storm van Zwaarden. Het hoofdstuk wordt verteld vanuit het oogpunt van Jon Sneeuw.
Samenvatting[]
Jon keek tijdens de reis op van de Reuzen die hun passeerden op hun Mammoets. Hij was overdonderd door hun grootte. Tormund maakte een grap tegen een van hen. Jon raakte met de man aan de praat en hoorde diens verhalen aan.
Ook sprak Tormund met hem over Jons verhouding met Ygritte. Uiteindelijk zag Jon de Vuist der Eerste Mensen. Samen met Ygritte begon Tormund De Laatse Reus te zingen. Plotseling werd Jon aangevallen door een adelaar.
Hij werd door de Beenderheer naar Mans Roover gebracht. Op zijn garron beklom hij de Vuist. Ze waren op een slagveld beland met alleen maar dode broeders van de Nachtwacht. Jon vertelde Mans dat ze met driehonderd man waren. Mans droeg hem op om samen met Jarl en Styr de Muur te beklimmen en zijn trouw te bewijzen.