Ser Joffry Dochert, bijgenaamd de Rode Jachthond van de Heuvels, was een lid van het Huis Dochert tijdens de regering van Maegor I Targaryen. Hij was een ridder van de Koningsgarde onder Jaehaerys I Targaryen.
Biografie[]
Joffrey Dochtert werd in 43 NdV verkozen tot de nieuwe grootkapitein van de Zonen van de Krijgsman en hij was vastbesloten om de orde in haar oude glorie te herstellen. Hij vertrok met honderd man uit Lannispoort naar Oudstee om de zegen van de Hoge Septon te krijgen en bij zijn aankomst in Oudstee was dit leger tot tweeduizend man uitgegroeid. Nadat de Krijgsmanzonen ontbonden waren werd ser Joffry vogelvrij. Hij stuurde daarom zijn getrouwen erop uit om Targaryens en andere verraders van het Geloof om te brengen. In die periode werd Joffrey ook als gast ontvangen door Heer Tulling.[1]
Na de troonsbestijging van Jaehaerys I Targaryen bleef hij met de steun van vrouwe Lucinda Tulling vrijelijk door de Rivierlanden en de Westerlanden trekken. In haar gezelschap was hij vervolgens aanwezig bij de kroning van Jaehaerys in Oudstee. Daar vroeg hij de koning om de zwaarden en sterren in ere te herstellen, maar de koning weigerde dit. De koning verklaarde dat hij het Geloof zou beschermen en bood hem vervolgens een plek in zijn Koningsgarde aan. Ser Joffry nam dit aanbod aan.[2]