Baelor I Targaryen, bijgenaamd de Geliefde of de Gezegende, was tussen 161 AL en 171 AL Koning van de Andalen, de Eerste Mensen en de Rhoynar. In die functie volgde hij zijn broer Daeron I op. Hij was de tweede zoon van Aegon III Targaryen.[1]
Biografie[]
Vroege jaren[]
Baelor werd geboren als de tweede zoon van koning Aegon III Targaryen en Daenaera Velaryon. Op jonge leeftijd huwde Baelor met zijn zus Daena Targaryen, naar oud Targaryengebruik. Echter, door Baelors religieuze instelling werd het huwelijk nooit geconsumeerd.[2] Toen zijn broer Daeron I Targaryen tijdens de strijd in Dorne overleed volgde Baelor zijn broer op zeventienjarige leeftijd op. Vrijwel direct gaf hij de gijzelaars op het hof vergiffenis terwijl heel het hof om wraak riep.[3]
Koningschap[]
Aan het begin van zijn koningschap legde hij barrevoets de weg af naar Dorne, door de Beenderweg, om vrede te sluiten met het Huis Martel. Aldaar zou hij ook Aemon de Drakenridder uit een addernest hebben gered en werd daar meerdere malen door de adders gebeten.[4] Vervolgens droeg Aemon hem over de Beenderweg naar het Noorden tot dat ze het gebied van de Dondarrions bereikte waar Baelor vervolgens in Zwartewijk en later in Stormeinde werden behandeld. Tijdens zijn afwezigheid bestuurde zijn oom Viserys Targaryen het rijk als Hand.[3]
Bij zijn terugkeer sloot hij zijn zussen, Elaena en Rhaena en zijn vrouw Daena, op in het Maagdengewelf. Vervolgens verbood Baelor I ook de prostitutie in Koningslanding en gaf hij de startsein voor de bouw van de Grote Sept van Baelor.[3]
Zijn regering was vredig en hij bracht deze al biddend door.[5] Door te bidden hoopte hij dat er nieuwe draken geboren zouden worden uit de drakeneieren.[6] Baelor koos zelf verschillende Hoge Septons die onder hem diende. Zo verkoos hij de Steenhouwer en het Kind, omdat zij in zijn ogen erg godvruchtig waren.[7] Na de geboorte van Daemon Wateren begon de koning aan een nieuwe periode van vasten. Na éénenveertig dagen overleed hij, ondanks de hulp van de Hoge Septon en grootmaester Munkun.[3]
Na zijn dood werd hij opgevolgd door zijn oom Viserys II Targaryen.[8]
Citaten over Baelor[]
- Jaime Lannister: "Het rijk was er mee gediend geweest als hij zijn ogen had gesloten en haar had genaaid. Ik ken de geschiedenis goed genoeg om dat te weten."[2]
- Lancel Lannister: "Een geest als hij is zeldzaam: zuiver, dapper en onschuldig, onaangeroerd door al het kwaad in deze wereld."[2]
Bronnen en referenties[]
- ↑ Het Spel der Tronen, Appendix, De Oude Dynastie: Het Huis Targaryen
- ↑ 2,0 2,1 2,2 Een Feestmaal voor Kraaien, Jaime IV
- ↑ 3,0 3,1 3,2 3,3 De Wereld van IJs & Vuur: Baelor I
- ↑ Een Storm van Zwaarden, Sansa IV
- ↑ Een Feestmaal voor Kraaien, Arys I
- ↑ Een Storm van Zwaarden, Davos V
- ↑ Een Feestmaal voor Kraaien, Cersei VI
- ↑ De Wereld van IJs & Vuur: Viserys II